bloemkool
ZaaienEr zijn veel verschillende teeltwijzen voor bloemkool. Bij de zogenaamde weeuwenteelt wordt in het najaar gezaaid onder koud glas. Voor de winter worden de planten verspeend in potten. Ze overleven de winter in de koude bak en worden tegen eind maart in de volle grond geplaatst. Bij strenge vorst in de winter moeten de planten extra afgeschermd worden, en soms is ook nog extra bescherming nodig in maart/april bij nachtvorst. In mei/juni kan dan geoogst worden.
Bij de gewone vroege teelt kan in februari onder glas gezaaid worden. Deze plantjes kunnen tegen eind april de volle grond in. In deze periode kunnen ook plantjes in het tuincentrum gekocht worden, dat scheelt heel wat werk.
Voor een herfstteelt zaaien we in mei/juni in de volle grond, op een zaaibed. Zo'n zaaibed mag best een zanderige, arme grond zijn. De wortelstelsels zullen dan wat groter zijn, waardoor de plant makkelijker overgeplant kan worden en sneller zal starten. Na een week of 4, of als ze 10 cm lang zijn, worden de plantjes voorzichtig (met zoveel mogelijk kluit) opgenomen en op hun definitieve plek geplaatst.
De gemiddelde plantafstand voor bloemkool is ongeveer 60 x 60 cm.
Er zijn verschillende rassen voor voorjaars- en herfstteelt. Let hierop bij de aanschaf van zaad. Verder zijn er tegenwoordig ook rassen in andere kleuren dan wit: romanesco rassen vormen geel-groene torentjes die samen een kool vormen. Dit ras is voornamelijk geschikt voor de herfstteelt. Er nog paarse en oranje rassen te vinden.
Bemesting
Bloemkool stelt hoge eisen aan de bodemvruchtbaarheid; geef dus ruime hoeveelheden compost, liefst verrijkt met koemestkorrels of andere stikstofrijke mest. Ook een extra toevoeging met houtas is nuttig vanwege de extra kalium. Bloemkool moet zich kunnen ontwikkelen tot een flinke plant vòòr de bloei intreed, anders blijft ook het kooltje te klein.
Problemen
- Pas gezaaide plantjes verwelken en sterven af. Waarschijnlijk het gevolg van een kiemschimmel. Zaai opnieuw in schone potgrond, kies een grotere pot of maak een zaaibedje in de volle grond.
- De planten verwelken en groeien niet meer, of sterven in hun geheel af. In wortels en onderste stengeldelen zijn bruine graafgangen te zien. Het gaat waarschijnlijk om de koolvlieg.
- De planten verwelken en groeien niet meer, of sterven in hun geheel af. De wortels zijn grillig vervormd.Het gaat hier waarschijnlijk om knolvoet.. Bloemkool is erg gevoelig voor knolvoet.
- Het hart van de koolplant ziet er raar uit en groeit niet verder. In de top van de jonge plant zijn vreemde vergroeïngen te zien. Dit heet ook wel draaihartigheid en wordt veroorzaakt door de koolgalmug. Deze mug vliegt vanaf mei en legt haar eitjes in de groeipunten van de kool. De larven veroorzaken dan een afsterven van het groeipunt en/of vergroeïngen, waarna de boel ook nog eens kan gaan rotten. Tegen dit beestje kunnen we het beste insectengaas gebruiken (maaswijdte < 2 mm). Na het sluiten van de kool (het groeipunt raakt bedekt omdat de kool een krop begint te vormen) is dit gevaar geweken.
- De bladeren worden aangevreten in een onregelmatig patroon. Er zijn slijmsporen te zien. De planten worden aangevreten door slakken. Kies een combinatie van bestrijdingsmethoden die in jouw situatie het beste uit te voeren is.
-
De bladeren worden aangevreten in een onregelmatig patroon. Er zijn rupsen op de kool, en er zijn uitwerpselhoopjes te zien.
- Er zijn veel rupsen met een gelig lichaam, zwarte kop, en zwarte punten. Dit is het grote koolwitje.
- Er zijn enkele solitaire rupsen. Ze zijn groen van kleur en hebben een gele zijstreep. Dit is het kleine koolwitje
- Er zijn veel rupsen die grijsgroen van kleur zijn met zwarte puntjes en een lichte kop. Oudere rupsen hebben een donkere streep op de rug.Dit is de kooluil.
- De bladeren zijn bezaaid met kleine ronde gaatjes. Dit is het werk van de aardvlo..
- Er zijn witte vlekken op de onderkant van de bladeren. Als ik ze aanraak, vliegen witte vliegjes op. Dit is de koolwittevlieg.
- Er zijn grote happen uit de bladeren. Sommige planten zijn in hun geheel verdwenen. Bij dit soort schade moet je denken aan grotere dieren, bijvoorbeeld konijnen. Kijk naar uitwerpselen of pootafdrukken. Zet gaas om de planten heen.
- Mijn planten blijven altijd aan de kleine kant. Probeer de bemesting eens wat op te peppen. Zelf gemaakte goed verteerde compost bevat alles wat een plant nodig heeft. Dierlijke mest of koemestkorrels zorgen voor extra stikstof. Beendermeel is een goede bron van fosfaat.
- De planten gaan al bloeien terwijl ze nog klein zijn.Het kan zijn dat de plantjes te laat geplant zijn, of onzorgvuldig overgeplant zijn. In dat laatste geval duurt het te lang voor ze weer goed aanslaan. Zorg bij het overplanten dat de aarde overal goed aansluit op de wortels of de kluit. Verder kan het ook een kwestie zijn van te weinig mest of water.
Gewasverzorging
Zorg ervoor dat er geen vochttekort optreed tijdens de groei. Als de kool zichtbaar wordt in het hart van de plant, kunnen we een van de grote binnenste bladeren knakken en over de kool vouwen. Dit verhindert dat de kool vergeelt door de zon. We moeten verhinderen dat we de kool zelf met de vingers aanraken, dat kan later ook tot gele vlekken leiden. Sommige bloemkolenrassen zijn zelfdekkend, er blijven dan enkele bladeren om de kool heen gekruld.
Oogsten en bewaren
We moeten de kool oogsten voordat deze 'los' begint te worden aan de zijkanten. De bloemkool is immers eigenlijk een bloeiwijze, en deze zal zich gaan verheffen op lange stelen als we niets doen. Bloemkool is maar kort te bewaren, en verkleurt snel. Bewaar de kool na oogsten in het groentevak van de koelkast.
Kort teeltverslag:
- 8 maart 2009 - Ik heb kleine bloemkool plantjes gekocht bij een zaadhandel - het ras is helaas onbekend. De plantjes zijn meteen in de volle grond gezet op 50 x 50 cm afstand. De grond is nog even goed doorgespit en ik heb wat compost en koemestkorrel er door gemengd. Vorig jaar stonden op dit stukje land bonen.
- 16 maart : De planten zijn duidelijk aan de groei.
- 29 maart : Het is de afgelopen tijd erg koud geweest en de planten zijn niet veel groter geworden.
- 3 april : het is nu mooi weer geworden en de plantjes groeien hard. - zie foto.
- 15 april. Van een plant wordt het blad rood/paars; dit exemplaar gaat verloren.
- 20 mei: De kleinste plant heeft al een kooltje gevormd - te klein helaas; goed voor de soep.
- 3 juni: De tweede kool is beter en weegt 550 gram. Geen grote kool, maar wel perfect van vorm en kleur.
Bloemkoolplant op 30 mei - de kool begint zicht te ontwikkelen. |
Geraadpleegde literatuur
[1] Velt: Handboek ecologisch tuinieren, Berchem, België 2006.