tuinboon
ZaaienTuinbonen kunnen vroeg gezaaid worden, vanaf januari/februari onder glas of maart meteen in de volle grond. Voorgetrokken planten kunnen in maart al de volle grond in. De laatste zaaidatum ligt rond begin mei. De tuinboon is een vrij forse rechtopstaande plant - let daarom op de plantafstand - minstens 60 cm tussen de rijen, en 15 cm tussen de pollen. Zaai enkele bonen per plantgat, op ongeveer 5 cm diepte.
Tuinbonen kunnen ook als weeuwen teelt dienen. Zaai daartoe tegen eind oktober/begin november in de volle grond. De plantjes overleven de winter en hebben in het voorjaar een snelle start. Het ras Aquadulce is hiervoor geschikt.
Bemesting
Tuinbonen hebben een vruchtbare bodem nodig, liefst een klei-of leemgrond en geen puur zand. Bemest bij voorkeur met compost.
Ziekten en plagen
Het grote probleem bij de teelt van tuinbonen zijn de bladluizen - die zijn er verzot op en leiden al stel tot een plaag. Vooral de zwarte bladluizen tasten de toppen van de planten aan en maken er een vieze plakkerige zooi van. Niets doen is geen optie bij tuinbonen - wees beducht op de luizen en grijp in als ze komen. Het beste kunnen we zo vroeg mogelijk beginnen met de teelt - liefst dus vervroegen onder glas en uitplanten begin maart. Verder kunnen we de toppen uit de planten halen zodra de eerste luis zich manifesteert. De top van de plant groeit het hardst en is daarom het meest aantrekkelijk voor de luis. Planten transporteren de meeste voedingsstoffen naar de delen die hard groeien, de luizen profiteren daar optimaal van. Toppen heeft als bijkomend voordeel dat de peulen sneller afrijpen. Probeer de luizen die na het toppen toch nog volhouden van de plant te spoelen met een harde waterstraal.
Gewasverzorging
De luisbestrijding is het belangrijkste bij de tuinboon. Corrigeer eventueel een te dik gewas door wat uit te dunnen. Er moet licht en lucht bij de onderste peulen kunnen komen om ze goed te laten rijpen.
Oogsten en bewaren
De oogstperiode is juni-juli. Laat de bonen niet te lang aan de struik zitten, oogst ze zodra ze voldoende groot zijn. Tuinbonen kunnen uitstekend ingevroren worden. De groenzadige soorten zijn wat beter geschikt voor de diepvries dan witzadige.