beginnen met een moestuin
Geen ruimte en geen tijd
Een moestuin vergt in het groeiseizoen veel aandacht. Het hoeft niet elke dag te zijn, maar een à twee keer in de week wel. Jonge plantjes kunnen snel uitdrogen als het te droog is, slakken of vogels kunnen schade aanrichten als we niet opletten, enzovoorts. Ervaren moestuiniers slagen er wel in om die problemen voor te zijn, maar voor een beginner met weinig tijd is het lastig. Vandaar dat een beginner eigenlijk beter af is met een balkon- of terrastuintje, alvorens de stap te wagen naar een perceel van de locale volkstuinvereniging.Tegenwoordig wint de 'square foot garden', ofwel vierkante meter tuin aan populariteit (squarefootgardening). Bij deze methode beginnen we met een houten kader, dat verdeeld wordt in kleine vakken van 30 x 30 cm of zoiets. Het kader (de bak) past ook in een klein tuintje, en is gemakkelijk te onderhouden. In de bak gaat een mengsel van compost, turfmolm, en soms vermiculiet. Vermiculiet is een thermisch behandeld kleimineraal, dat het grondmengsel een hoog waterhoudend vermogen geeft. Kokosvezels (cocopeat) doet ongeveer hetzelfde. Kokosvezels zijn echter gemakkelijker te krijgen (tuincentra) en 100% natuurlijk.
Op de bodem van de bak kan er doorlatend worteldoek geplaatst worden om de aarde een beetje te scheiden van de ondergrond. De bak kan echter ook zonder scheiding rechstreeks op de aarde geplaatst worden. De kostbare vulling zal zich dan wel in de loop van de tijd vermengen met de ondergrond (door de werking van bodeminsecten).
Bij de boerenbond is een opklapbare bak verkrijgbaar voor 9, 95 €. Ze raden aan de bak te vullen met potgrond. Dat kan natuurlijk ook, maar dan moet het wel een kwaliteitspotgrond zijn die vrij is van pesticiden.
De vierkante bak geeft, in vergelijking met een perceeltje in een moestuincomplex, geen grote opbrengst, maar wel grote voldoening. Het is immers eenvoudig om elke dag even aandacht aan de bak te geven; wat water te geven of wat onkruid te verwijderen. Het rijke, luchtige en vochthoudend bodemmengsel zorgt altijd voor een goede en gezonde groei. Spitten is niet nodig, en ook de onkruidgroei zal zeker in het begin beperkt zijn omdat het bodemmateriaal nog geen onkruidzaden bevat. De bak kan op een gemakkelijk bereikbare plaats worden gezet. Relatief weinig werk dus, met een grote kans op success en het opdoen van ervaring.
Een 'square foot garden' is echter geen tovenarij, en zal ook het wereldvoedselvraagstuk niet oplossen, zoals de eigenaar van de website suggereert. Het is wel een leuke en eenvoudige methode om met moestuinieren aan de slag te gaan.
Begin met eenvoudige soorten als sla, andijvie, radijs, lage sperziebonen, aardbei, en zet er ook wat kruiden in.
Voeg elk jaar weer wat compost aan het bodemmengsel toe om de vruchtbaarheid op peil te houden.
In de volle grond
Werken in de volle grond is wat moeilijker, maar het is natuurlijk wel het 'echte' werk. Onze tuingrond is niet altijd ideaal, en daarom moet er vaak wat aan toegevoegd worden (compost), en moet de grond bewerkt worden om een mooi los en luchtig mengsel te krijgen.
 |
| In de volle grond. |
Radijs en pluksla zijn ideaal om wat ervaring met gezaaide gewassen te krijgen. Maak voor het zaaien de bovengrond zo fijn mogelijk (zaaibed). Bedek het zaad met 0,5 cm aarde en geef meteen water. Doe dat voorzichtig, zodat het zaad niet met de aarde wegspoelt.
De gemengde border
Een alternatief voor een moestuin is het tussenplanten van decoratieve moestuinplanten in een bloemenborder. Een aantal moestuinplanten heeft een hoge sierwaarde en misstaat ook in de border niet: van snijbiet zijn er bijvoorbeeld prachtige soorten met rode en gele stelen. Een artisjok groeit uit tot een prachtige grote grijs/groene plant met een distel-achtig uiterlijk. Sommige koolsoorten hebben prachtig blad: palmkool en 'ragged jack' (paars). Venkelknol geeft een mooi contrast vanwege zijn fijne blad.Hoe groot?
De grootte van een moestuintje hangt af van wat er beschikbaar is en hoeveel tijd het mag kosten. Als het gaat om een perceel in een moestuincomplex, kies dan liefst een klein perceel om mee te beginnen, en breid later eventueel uit. Gaat het om een stukje van de tuin, dan zal het bij de meeste mensen aan de kleine kant zijn. Laat de gewaskeuze mede afhangen van de perceelsgrootte. In een klein stukje (<10m2orientatie
Kies bij voorkeur een plekje in de volle zon (op het zuiden). Houd er rekening mee dat hagen in het voor-en najaar voor veel schaduw kunnen zorgen, waardoor een relatief vochtig micro-klimaat ontstaat waar de slakken dankbaar gebruik van zullen maken.water geven
Houd er rekening mee dat in hete periodes extra water moet worden gegeven om de groei er goed in te houden, controleer of de bodem ook op 10-20 cm diepte nog vochtig is. Vaak lijkt het na een zomerbuitje weer in orde te zijn maar blijkt de bodem maar oppervlakkig bevochtigd te zijn. Geeft gekochte plantjes ruim water bij het planten, zorg er bij het zaaien voor dat het zaad de eerste dagen niet uitdroogt. Als de zaden eenmaal ontkiend zijn en een worteltje hebben, is de kans op uitdroging veel minder.plantenkeuze
Pas de gewaskeuze aan aan uw ervaringsniveau. Gemakkelijk om mee te beginnen zijn bijvoorbeeld sla-of andijvieplantjes, radijs, lage sperziebonen(prelude, cordoba), courgettes (deze hebben wel veel ruimte nodig). Wacht met tomaat, komkommer, koolsoorten, paprika, aubergine en dergelijke tot u wat meer ervaring hebt opgedaan.bemesting
Hebt u twijfels over de kwaliteit van de bodem, meng dan gewoon een handje compost of potgrond door het plantgat. Moeilijker hoeft het niet te zijn. Meestal zal de gewone grond in de tuin voldoende vruchtbaar zijn om mee te beginnen.observeer
Observeer uw planten - zien ze er gezond uit, is het blad mooi groen, groeien ze goed, ontwikkelen ze zich voldoende. Door goed te observeren leren we vanzelf bij en worden die vingers alsmaar groener.