Hoofd Menu Terug

MoestuinTips

compost maken



Het geheim : vaak OMkeren die hoop !

Goede compost is een super groeimiddel voor planten, het houd vocht vast als de grond droog wordt. verbetert de structuur en daarmee de doorwortelbaarheid van de bodem, stimuleert het bodemleven en stelt voedingsmiddelen ter beschikking aan de wortels. Het maakt een zandige grond minder droogtegevoelig, en een zware kleigrond luchtiger. 'Moeilijke' planten als paprika's en aubergines blijken ineens veel beter tot wasdom te komen als we een paar handen compost door het plantgat mengen. Zelf compost maken is niet moeilijk, maar vraagt wel wat arbeid. Het geheim van de smid is dat de composthoop regelmatig gekeerd moet worden, een karwijtje dat een druk mens graag vergeet of overslaat. Het kan bovendien best zwaar werk zijn, afhankelijk van de grootte van de hoop en de fijnheid van het materiaal. Een hoop met lange stukken zoals snoeisel van een haag of taaie stengels van klimop zal moeilijk te keren zijn omdat met elke schep van de riek de halve hoop mee komt. Maak daarom het materiaal liefst fijn voor het op de hoop gaat. Het keren van de hoop zorgt voor menging en verhinderd dat er ingeklonken lagen in de hoop ontstaan waar het water afloopt. Het binnenste van de hoop blijft in zo'n geval te droog en gaat schimmelen in plaats van composteren. Keren bevorderd de vochthuishouding en doorluchting van de hoop en stimuleert daarmee de bacteriën en schimmels die voor de compostering zorgen. De apparaten in de markt die beweren dat ze super snel compost kunnen maken, zijn vaten met een zwengel die rond gedraaid moeten worden. Zo'n apparaat is echt niet nodig, maar illustreert wel het belang van het keren.
Waar we verder nog op moeten letten, is wat we op de hoop gooien. Gooi er niet te veel materiaal van één soort op, dus niet uitsluitend grasmaaisel gebruiken! Meng het gras desnoods met wat anders - stro uit het konijnenhok, of onkruid uit de tuin. Gebruik liefst ook geen materiaal dat resten van bestrijdingsmiddelen kan bevatten - bv aardappel of sinaasappelschillen. Gebruik ook geen gekookte groente of ander etensafval uit de keuken, dat kan ongedierte aantrekken. Schalen van eieren zijn uitstekend voor de komposthoop, die voegen wat extra kalk toe. Mest van kleine huisdieren (konijn, cavia, hamster, kip) zijn ook goed voor de hoop.

Een goed werkende hoop die voor het grootste gedeelte uit vers materiaal bestaat, wordt warm van binnen, tot wel zo'n 60-70 graden celcius. Dit is o.a. gunstig omdat hierdoor veel onkruidzaden en ziektenkiemen hun kiemkracht verliezen. De temperatuur van de hoop daalt na enige tijd, en dan kunnen er ook meer wormen en andere bodeminsecten tot de hoop doordringen. Deze leveren ook hun bijdrage aan de omzetting van het materiaal.
Hopen waaraan regelmatig gedurende het groeiseizoen kleine hoeveelheden materiaal worden toegevoegd, bereiken niet zo'n hoge temperatuur. De compostering gaat dan ook langzamer. Uiteindelijk wordt het materiaal wel omgezet en krijgen we toch onze compost. In de kleine moestuin zullen we meestal met zo'n soort hoop te maken hebben. Omdat de temperatuur niet hoog wordt, worden ziektekiemen niet gedood. We moeten dus wat beter opletten dat we geen zieke gewasresten (blad met schimmel of vlekken) op de hoop gooien. Pas ook op met wortels van overblijvende onkruiden als akkerwinde of zevenblad. Die kunnen ook beter in de kliko.

Compoststarters zijn niet echt nodig om een composthoop aan de praat te krijgen. Ook is de vorm en de grootte van een hoop niet erg kritiek. Een te kleine hoop koelt misschien te snel af en kan daardoor niet goed werken. Een hoogte tussen 0,5 en 1,5 meter is normaal.

Compostvaten zijn in allerlei soorten en maten te koop, maar een eenvoudig houten frame voldoet ook al. Let er op dat de vorm van het compostvat het mogelijk maakt om het materiaal af en toe te keren. Een composthoop kan rechtstreeks op de aarde opgebouwd worden. Op deze wijze kunnen bodeminsecten gemakkelijk in de hoop doordringen en er hun werk doen. Leg eventueel wat grof materiaal op de bodem (maistengels, koolstronken) voor wat extra drainage.
Vaak wordt aanbevolen om een composthoop in één keer op te bouwen, om dan geen nieuw materiaal meer toe te voegen tot de hoop gecomposteerd is. In de praktijk is dat lastig omdat we tijdens het groeiseizoen immers steeds nieuw materiaal ter beschikking krijgen (onkruid, gewasresten enz.). Zelf werk ik daarom met twee hopen. In één hoop voeg ik steeds nieuw materiaal toe, tot ik een grote hoop half gecomposteerd materiaal heb. Dan breng ik hem over naar een andere plek, en laat hem daar verder composteren zonder er nog iets aan toe te voegen. Op de plek van de eerste hoop ga ik vrolijk verder met vullen.

De grond onder de composthoop wordt na enkele jaren uitstekend van kwaliteit. Dit komt onder andere door inspoeling van voedingsstoffen uit de hoop, en door de werking van bodeminsecten en wormen die veel organisch materiaal door de bovengrond mengen. Op zo'n stukje grond groeit alles als kool.

Compostthee wordt gemaakt in een apparaat dat water belucht en herhaalde malen door een hoop heenvoert. Dat water bevat uiteindelijk allerlei voedingsstoffen, complexe organische moleculen, bacteriëen en schimmels. Het wordt dan verdund en over het blad gespoten of op de aarde gegoten. Het is dan een soort van vloeibare pokon met daaraan toegevoegd nog wat bodemorganismes en organische zuren. De precieze werking van de complexe organische verbindingen die bv. ook in humus voorkomen is niet helemaal duidelijk en ook moeilijk kwantificeerbaar. Wel is duidelijk dat ze een gunstige invloed op het plantenleven kunnen hebben. De werking van compostthee schijnt erg snel te zijn, maar dat is misschien met name het geval als het over het blad wordt gespoten - planten kunnen ook via het blad voedingsstoffen opnemen. Verwacht echter ook geen wonderen van compostthee; alleerst zal de bodem zelf ook op orde moeten zijn en voldoende bemest zijn.